donderdag 21 mei 2009

beestachtig begin

Vannacht heeft mij een mol bezocht. Ik sliep. Hij (of zij natuurlijk..) liet een hoop achter juist naast de eerste leisteen onder het kleine trapje voor mijn deur. Verse losgewoelde donkere aarde.
Toen Tony deze ochtend de molendeur opende, verwachtte hij een slang te zien. Zomaar. Aan de andere kant van het terras, dacht hij. Geen slang aan die kant van het terras te bekennen. Toen hij een uurtje later naar boven liep over de trap van stammetjes en aarde, de verwachtte slang allang vergeten, trapte hij er bijna op: een dikke zwartgroene van zeker 80 centimeter lengte. In onbeweeglijkheid zijn slangen kampioen. Heel rustig. Maar als zo'n dier ineens begint te glijden met fijne glinsterend oplichtende spikkels op de huid laten ze je toch altijd een beetje schrikken. Hoewel dit geen adder is en dus niet giftig is, zit de oerangst voor slangen nog ergens in de genen. Maar het beest is prachtig, sterk en sierlijk. Langzaam glijdt hij (of zij natuurlijk...) om de betonnen pilaar onder het terras rond de cabane en verdwijnt tussen het gras onder een blok graniet. 'Ik dacht dat ze meer beneden woonde,' zegt Tony, 'daar had ik haar al eens gezien. Ze is of iemand anders of ze is verhuisd...'.
Als ik daarna de was ophang zie ik 'met mijn ogen in mijn achterhoofd' een grote hagedis wegschieten. 'Grote groene' heet ze bij ons (of hij natuurlijk...). De smaragd uit de reptielenfamilie.
Terwijl ik hier aan mijn tafel zit, vlinderen twee bruintjes met een zwart oog op de voorvleugels en twee-en-een-halve kleine oogjes achterop om elkaar en mij heen langs de warme ruiten. De een een tikje groter dan de ander. Hij en zij?
De dag nog maar net begonnen en al hoop gehad, verwachting, verrassing, gespannen stilte, lichte schrik, bewondering en speelse vreugde.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten